27 november 2008

Koningin en Prins

Direct bij het verschijnen van Juliana en Bernhard. Het verhaal van een huwelijk. De jaren 1936-1956 van Koninklijk Huis-historicus Cees Fasseur kreeg het boek volle media-aandacht. Dat was ook wel logisch: Fasseur kon als eerste en voorlopig als enige onbeperkt en vrijuit gebruikmaken van het Koninklijk Huis Archief, en zodoende de ware aard van de Greet Hofmans-affaire achterhalen. Ook bevat het boek de integrale tekst van het rapport van de commissie-Beel, dat in 1956 in de ontknoping van de affaire voorzag. Dat rapport was altijd in het Archief gebleven, waartegen de pers nogal te hoop gelopen is (want immers een staatszaak). Echter geheel onbegrijpelijk was dit achterhouden echter niet. De commissie-Beel was geen regeringscommissie, maar een clubje mediators van ex-staatslieden die op persoonlijk verzoek van het koninklijk paar een huwelijksconflict trachtte te beslechten. Tja, zoiets hoort dan eigenlijk niet openbaar te zijn. Zoals Reinildis van Ditzhuysen opmerkte over de dieptepunten van het huwelijk: '... soms zo genant en intiem dat u het eigenlijk niet wilt weten. Van uw ouders wilt u zulke intimiteiten ook niet weten!' Dit boek ligt dus op het grensvlak van persoonlijke aangelegenheden van een (toevallig) koninklijk echtpaar enerzijds en de wettelijke openbaarheid van constitutionele zaken en de rol van het staatshoofd daarin anderzijds.
Wat dit boek vooral boeiend maakt is dat je je eigen standpunt kunt formuleren. Fasseur gunt weliswaar Prins Bernhard het gelijk van diens handelen (Bernhard bracht de zaak in 1956 aan het rollen door te lekken naar de pers), maar voor Juliana valt evenzeer begrip en vooral ook compassie op te brengen. Ik heb die Bernhard altijd al een schuinsmarcheerder gevonden, en zijn rol in dit verhaal bevestigde me in die mening. Hij voelde zich meer dan hem op grond van zijn positie toekwam, en kreeg in het conflict het vertrouwen van de kinderen. Arme Juliana: zij was de koningin, maar ze kwam als verliezer en volledig eenzame figuur uit de strijd. Fasseur laat de gevolgen van de Hofmans-affaire bij de hoofdrolspelers onbesproken; die beschrijving laat hij aan latere biografen van Juliana en Bernhard over. Juliana heeft een dagboek bijgehouden, dat niet eerder dan 50 jaar na haar dood (dus in 2054) openbaar gemaakt zou kunnen worden (als het staatshoofd dan - Amalia? - daartoe toestemming geeft). Eigenlijk bieden die pas het echte inzicht.
Net als in de twee Wilhelmina-boeken is de stijl van Fasseur verrukkelijk. Hij schrijft met een licht ironische toets, en onthoudt zich hier en daar niet van minieme commentaartjes over zaken die niet van belang zijn. Maar die juist wel grappig zijn om te lezen. En de beschrijving van de achtergrond van Greet Hofmans en haar 'paranormale ontwikkeling' leverde bij mij menig lachsalvo op. Met dit boek krijgt de lezer een unieke inkijk in het leven van onze voormalige Koningin en Prins. Met de heerlijke stijl van Fasseur levert dat een prachtboek op.
Meer Leeslog in eerdere maanden - zie de 'archives' in de rechterkolom.