17 februari 2019

Geld

Van zowel Joseph Roth en Stefan Zweig las ik twee boeken. Radetzkymars (zie hier) en Hotel Savoy (hier) van Roth en De wereld van gisteren (hier) en Schaaknovelle (hier) van Zweig. Essentiële boeken. En nu verscheen opeens een ruim 400-pagina's dikke privé-domein met hun briefwisseling! Elke vriendschap met mij is verderfelijk. Brieven 1927-1938 is een weemoedig stemmende bundel brieven van vooral Joseph Roth aan Stefan Zweig. Zweig was een secure, nette man; Roth een rommelaar - vandaar dat de brieven van Roth bewaard gebleven zijn, en die van Zweig grotendeels verloren gingen. Beiden waren jood, publiceerden en verdienden veel in Duitsland, en raakten dat opeens kwijt toen Hitler in 1933 de macht overnam. Zweig bleef nog een poosje in Oostenrijk, en dacht dat het allemaal wel mee zou vallen. Roth zat vooral in Parijs en zag al meteen dat het fout zou lopen. Roth klaagt vooral over zijn geldzorgen - hij onderhield meerdere mensen en was alcoholicus. Zweig zag in Roth een gelijkgestemde, voorzag hem van geld, maar vertelde hem uiteindelijk ook de waarheid omtrent zijn destructieve gedrag. Prachtige brieven, vol vriendschap en eerlijkheid. En dat aan de vooravond van de holocaust die beiden ontkwamen, maar ook niet overleefden.
Op het omslag de enige foto die van beide giganten samen is gemaakt - in 1936 op een terras in Oostende.
Meer Leeslog in eerdere maanden - zie de 'archives' in de rechterkolom.