30 december 2020

Zes

Tegenwoordig heten romans die het goed doen 'cult-romans' en ik heb daar geen antenne voor. Ik lees gewoon boeken die ik wil lezen of die mij aangeraden worden. Soms is dat dan een cult-roman, zoals Max, Mischa & het Tet-offensief van de Noorse schrijver Johan Harstad. Het verscheen in 2017, werd alom geprezen, maar ik had er nog nooit van gehoord totdat onlangs een vriendin het me aanraadde. Zij is een goede lezer, dus haar adviezen kan ik niet naast me neerleggen. Een bijzondere roman, 1230 pagina's. De geschikte jongen van Vikram Seth blijft met 1366 pagina's het dikste boek dat ik ooit las (zie hier de weblog) en dat is tevens een veelomvatterder verhaal, maar Max, Mischa & het Tet-offensief is alleszins de moeite van het lezen waard. Waar in De geschikte jongen vier families als een fuga het verhaal bepalen, draait Max, Mischa & het Tet-offensief om slechts zes hoofdpersonen, en hun wederwaardigheden weten je ook voortdurend te boeien. Vijf van de zes hebben hun oorsprong in Noorwegen, de zesde in Canada, maar toch speelt het grootste gedeelte van het boek zich af in en nabij New York, en is het in feite een Amerikaans verhaal. Harstad verbindt feiten als de Vietnamoorlog, 9/11 en de orkaan Sandy met de levens van de hoofdpersonen, maar de waarde van het boek is wat mij betreft de schrijfstijl: lange meanderende zinnen, alles erbij betrekkend wat ertoe doet of nuanceert. En dat heeft iets hallucinerends, iedere zin is een druppel water in een oceaan, maar wel een druppel die benoemd en volledig geproefd moet worden. Er zijn enkele zwakke elementen om het boek een meesterwerk te noemen: ik vind de relatie tussen Max en de zeven jaar oudere Mischa te weinig glanzend om geloofwaardig te zijn, en oom Owen blijft een beetje een loser, terwijl hij dat niet is. Desondanks alleszins lezenswaardig, maar de superlatieven waarmee het boek is bewierookt zijn iets teveel cult.

18 december 2020

(On)vrijheid

Eerder dit najaar na een lange onderbreking ging ik weer verder met het herlezen van de dagboeken van Hans Warren (zie hier). Nu meteen twee delen achterelkaar gelezen. In Geheim Dagboek 1977-1978 zet het vrije leven uit het vorige deel door. Veel contact met vrienden, alcohol en wederom een reis naar Griekenland. Warren beschrijft alles gedetailleerd en uiterst lezenswaardig. Zijn roem als dichter wekt de belangstelling van jonge mannen, die hem brieven sturen en hun aanhankelijk betonen. Op één gaat Warren in; het deel sluit af op 29 juli 1978 wanneer hij hem van het station gaat halen.
Geheim Dagboek 1978-1980 staat geheel in het teken van de nieuwe relatie met Mario Molegraaf, bij hun ontmoeting 17 jaar oud, en die tot Warrens dood in 2001 met hem zal blijven samenwonen. Interessant te lezen hoe Warren balanceert tussen het geluksgevoel dat hij als oude man nog zo'n aantrekkelijke jongeling aan de haak heeft weten te slaan, de behoefte om alleen te zijn en te mijmeren, en het besef dat door het verschil in levenservaring het soms lastig communiceren is. Het geluk overheerst en Warren introduceert zijn jonge lover zonder reserves bij zijn eigen vrienden. 
Tenslotte: af en toe bekroop mij het gevoel dat de tekst flink bewerkt moet zijn voordat het werd uitgegeven. Uit latere delen kan ik me herinneren dat Warren en Molegraaf veel tijd steken in het persklaar maken van de kopij, oftewel dat ze de originele dagboekteksten van Warren niet zomaar een op een overnamen. Het zou heel interessant zijn om die originele dagboeken eens in te zien en te vergelijken met wat uiteindelijk in boekvorm verscheen.
Meer Leeslog in eerdere maanden - zie de 'archives' in de rechterkolom.