28 oktober 2023

Overtuiging

Ieder jaar heb ik wel een dik moeilijk boek waar ik langere tijd over doe. Vorig jaar was dat een vuistdikke biografie van Verdi (zie hier de weblog). Dit jaar zijn dat er twee, om te beginnen Het verzameld werk van Etty Hillesum. Ik las nog nooit iets van haar. Nu alles - of in elk geval tot nu toe boven water is gekomen - in een uitgave verzameld is, wilde ik me in een keer van deze tekortkoming ontdoen. Dit verzameld werk bevat bijna 600 pagina's aan dagboeken, en vervolgens ruim honderd pagina's brieven. Hillesum begon in 1941 haar dagboek, op aanraden van de Duitse handlezer Leo Spier die vlakbij in Amsterdam-Zuid woonde. Met name de eerste helft van deze dagboeken zijn niet eenvoudig. Hillesum filosofeert erop los, en citeert lange stukken in het Duits uit de boeken die ze leest (met name Rilke). Ook gesprekken met Spier noteert ze in het Duits. Deze stukken hadden wat mij betreft achterin in het boek in vertaling opgenomen mogen worden. Wanneer Hillesum vrijwillig naar Westerbork gaat worden de dagboeken steeds beklemmender. Ze is in dienst van de Joodsche Raad en kan wanneer ze wil terug naar Amsterdam. Maar ze gaat ook steeds weer terug naar Westerbork, waar ze het leed van de (tijdelijke) kampbewoners wil verzachten. Over haar overtuiging dat ze niet wil onderduiken (wat haar meerdere keren is aanbevolen en waartoe ze ook is uitgenodigd) omdat ze het lot van haar volk wilde delen, lees je in deze dagboeken en brieven niets, maar je zou je haar wel willen toeschreeuwen. Ook omdat ze op een gegeven moment heel expliciet schrijft dat iedereen die op transport naar het oosten moet, een gewisse dood tegemoet gaat. Ongelooflijk, op hemelsbreed misschien anderhalve kilometer van elkaar schreven Etty Hillesum en Anne Frank hun beroemd geworden dagboeken; als ze beiden de oorlog hadden overleefd zouden ze nog veel grandioze literatuur hebben geschreven. Hillesum ging in september 1943 zelf op transport; een klein jaar voordat Anne Frank en haar familie uit het Achterhuis werden opgepakt. Hun boeken staan nu wel naast elkaar in mijn boekenkast.

15 oktober 2023

Oorlog

Groter oorlog dan die in Atjeh heeft Nederland nooit gevoerd. In tijdsduur kan hij vergeleken worden met de tachtigjarige oorlog. In dodental (meer dan honderdduizend) is hij als militair gebeuren voor ons land onvergelijkbaar. Zo begint Paul van 't Veer zijn inleiding van het boek De Atjeh-oorlog, die ergens in 1873 begon en een kleine zeventig jaar later eindigde met de Japanse invasie van Indonesiƫ. Atjeh (in Nederlandse benaming) is het noordelijkste deel van het Indonesische eiland Sumatra en vanuit Nederlands perspectief een opstandige provincie die met alle macht onderworpen moest worden. Van 't Veer beschrijft in vier hoofdstukken de evenzovele oorlogen die de koloniale heerser tegen tegen deze opstandige provincie uitvoerde. Op papier met succes, maar geheel onderworpen werd Atjeh nooit. Ook na de Indonesische onafhankelijkheid was Atjeh een streng-Islamitisch probleemgebied. De tsunami van 2004 verwoestte Atjeh volledig, dat terzijde. In dit boek uit 1979 beschrijft Van 't Veer de vier oorlogen vanuit Nederlands perspectief, maar wel met de nodige ironie en beschaamdheid, lang voordat 'we ons' koloniale verleden tegen het licht durfden te houden (laat staan objectief). Veel aandacht voor het bestuurlijke gedoe vanuit Nederlandse kant - de strijd te velde moest uiteindelijk ook parlementair in het verre Den Haag gedekt worden. Twee Nederlanders staan centraal: Van Heutz en Snouck Hurgronje. Volledig elkaars tegenpolen, maar toch tot elkaar veroordeeld. Een prachtig boek, ook al zal deze oorlog vanuit Indonesisch perspectief geheel anders beschreven worden, en wellicht heden ten dage ook vanuit Nederlands, laat staan vanuit objectief perspectief. Maar Van 't Veer was wel de eerste!

Meer Leeslog in eerdere maanden - zie de 'archives' in de rechterkolom.