14 mei 2014

Geroddel

In september 1995 las ik op aanraden van een collega De Quincunx van Charles Palliser. Dat ruim 800 bladzijden dikke boek hield mij twee weken gevangen; het is een bloedstollend en uiterst boeiend boek. Nu las ik zijn nieuwste roman In ballingschap dat aanvankelijk wel wat overeenkomsten met Pallisers debuut vertoont: het verhaal speelt halverwege de negentiende eeuw, de ik-figuur is een jongeling, zijn moeder leefde voorheen welgesteld maar vervalt tot armoede en er is iets met een erfenis. Uiteindelijk gaat dit boek de andere kant op, maar spannend is het zeker, ofschoon niet zosterk als De Quincunx. Het verhaal is in dagboekvorm gegoten en onthult langzaam maar zeker allerlei nare details over de levenswandel van die ik-figuur, zijn moeder en zuster, en zijn enkele maander eerder overleden vader. Die ik-figuur is zeker geen held, ook al wordt hij ten onrechte van een moord beschuldigd. De roman is vooral interessant door de dialogen, waarin op fijnzinnige wijze (tegen)aanvallen worden gedaan en hiƫrarchische posities worden ingenomen. Geen woord wordt zomaar in de mond genomen. Ik lees helaas niet goed genoeg Engels om deze fijnzinnigheden er in die taal uit te halen, maar ook in de Nederlandse vertaling krijg je er voldoende van mee.

07 mei 2014

Op zee


Ik ben met allerlei dikke doorwrochte boeken bezig die niet echt opschieten. Vandaar de weinige bijdragen de laatste tijd. Daarom even een dun boekje van 60 bladzijden: het Arctisch dagboek van Jelle Brandt Corstius, dat eerder dit jaar als boekenweekessay was verschenen maar dat ik toen heb gemist. Het is een aardig dagboekje dat Brandt Corstius schrijft terwijl hij meereist met een cruise op de Witte Zee, en een drietal lezingen moet geven. De mensen drijven hem zijn hut in, waar hij zo spaarzaam mogelijk uitkomt. Bij gebrek aan een leesboek begint hij aan dit dagboekje. Wel raar hoor: je gaat op een cruise, waar je nauwelijks van de boot af kunt, en dan neem je geen boek mee...? Maar goed, we hebben er dit onderhoudende boekje vol bespiegelingen en zelfreflectie aan overgehouden. Helemaal consequent is de schrijver niet. Eerst schrijft hij dat hij als jongen en verstokte tv-kijker verliefd werd op Julie, een personage uit de serie Love Boat: '... mijn liefdesleven begon ook voor de televisie...' En even verderop verwondert hij zich erover dat passagiers hem als een bekende aanspreken: 'Kennelijk kan je bevriend met iemand raken via de televisie.' Desondanks een aardig boekje dat je bij twee koppen koffie uitleest.

03 mei 2014

Meer landleven

Vorig jaar las ik het eerste deel met verhalen van Ivan Boenin uit de Russische bibliotheek van Van Oorschot (zie hier de weblog), en nu zijn Verzamelde werken deel 2 met verhalen geschreven tussen 1913 en 1930. In die periode verliet Boenin zijn vaderland maar bleef zijn verhalen desondanks vooral op het Russische platteland situeren. Niet altijd: zo komen ook Frankrijk en het koloniale Sri Lanka voorbij. Ook vinden sommige verhalen aan boord van een schip plaats, ergens op de Zwarte Zee, of varend vanaf Port Said naar de Indische Oceaan. En dan snel weer een verhaal op een afgelegen landgoed waar de hitte, regen, kou, modder en sneeuw het tempo bepalen. Het zijn wederom verhalen waar de plot er niet zoveel toe doet, maar de sfeertekening temeer. Bij eerste lezing geen verhalen die eeuwige  indrukken lijken achter te laten, maar die wel weemoedig stemmen en misschien later nog eens hun nostalgische nut kunnen bewijzen. Er is nog een derde deel met verhalen; dat komt zeker nog eens voorbij.
Meer Leeslog in eerdere maanden - zie de 'archives' in de rechterkolom.