19 augustus 2008

Smakelijk leven van James en Kay Salter is volgens het opslag een literaire eetkalender voor levensgenieters. Wat het specifiek literaire aan dit verder zeer geslaagde boek is, kan ik niet zeggen. Het boek is opgezet als een kalender; iedere dag van iedere maand heeft een eigen verhaaltje waarin eten en drinken centraal staat. En af en toe is dat verhaaltje opgehangen een de herinnering van een schrijver. Maar dat maakt dit boek nog niet literair. Los van dat: ik heb het boek met erg veel plezier gelezen. De Salters zijn levensgenieters en ze boekstaafden al hun kook- en eetwetenswaardigheden gedurende vele jaren in een kookschrift; dit boek is de nette versie daarvan. Het behandelt kriskras onderwerpen over eten, kookboekenschrijvers, chef-koks, beroemdheden die iets speciaals met eten hadden, en ook veel recepten. Vanwege de Amerikaanse invalshoek staan er soms wat rare en overbodige adviezen in, maar dat doet verder geen afbreuk aan de optimistische en warme sfeer die dit boek uitstraalt. Door de indeling kun je er precies een jaar over doen om het te lezen; ik las het in een paar dagen.

18 augustus 2008

Fictie en werkelijkheid

Van Bret Easton Ellis las ik nooit eerder een boek, en met zijn meest recente Lunar Park vang je meteen een glimp op van zijn vorige romans. Ellis speelt in dit boek met de grenzen van fictie en werkelijkheid, maar vooral ook met de vereenzelviging van de ik-figuur met de auteur. De ik-figuur in het boek heet Bret Easton Ellis, en heeft ook daadwerkelijk de romans geschreven die eerder zijn verschenen. Maar gaandeweg neemt de ik-figuur je mee naar een schijnwereld, waar hoofdpersonen uit vorige romans als ook de schrijver van die romans naast de ik-figuur een min of meer actieve rol spelen in de handeling. Kern van het geheel is het onverwerkte verleden van de ik-figuur met zijn overleden vader, en de poging van de ik-figuur om met zijn eigen zoon contact te leggen. In de roman vertegenwoordigen een aantal personages dus de verschillende gezichten van één en dezelfde figuur, lijkt me. Als stijlmiddel vind ik deze meerlaagse benadering zeker boeiend, maar uiteindelijk begon het me te vervelen. Het boek mist de ultieme boodschap, de cirkel wordt uiteindelijk niet gesloten. Het stijlmiddel blijkt slechts het doel te zijn. Een te gekunsteld geheel daardoor, ook al vind ik het als idee niet slecht bedacht.

Harry Bosch

En toen waren de te lezen boeken op. Gelukkig beschikt Ubud op Bali over tweedehands-boekenzaakjes, en daar kochten we nog een tweetal boeken voor de laatste paar dagen. Ik las eerst Slotakkoord van Michael Connelly. Van deze misdaadauteur las ik de afgelopen jaren al wat meer thrillers met inspecteur Harry Bosch als hoofdpersoon. En ook dit boek is weer een geslaagd geheel. Bij zijn terugkeer bij de LAPD krijgt Bosch als testcase een moord van 17 jaar geleden op te lossen. Daarbij ondervindt hij veel hinder van oud-collega's, want de daders mochten indertijd niet gevonden worden. Ach ja, dan lees je zo'n boek van 350 bladzijden in een dag uit.

Indië-roman

Tijdens mijn vorige reis naar Indonesië had ik een halve rugzak vol Indië-literatuur bij me; nu eigenlijk niets. M. had wel wat meegenomen en omdat ik Proust en Tsjechov al sneller uitgelezen had dan gepland, nu de goede gelegenheid om eindelijk eens Indische duinen van Adriaan van Dis te lezen. Het boek stond al vele jaren in mijn boekenkast, maar het bleef vreemd genoeg ongelezen. Ik las het nu in ruim een dag. Het is een erg geslaagde 'afrekening met het verleden'. Alle personages dragen de oorlog in Indië op hun eigen manier met zich mee (de ik-figuur heeft die oorlog niet eens meegemaakt), en hoewel de personages elkaar flink pijn doen valt dat allemaal goed te begrijpen. Van Dis vertelt dit in een vloeiend verhaal waarin heden en verleden fraai en natuurlijk afgewisseld worden. Aan het slot is er geen oplossing voor alle onderlinge tegenstellingen, maar het verhaal is dan wel verteld. Gave roman.

17 augustus 2008

Nog meer verhalen

Direct na Proust begonnen in de Verzamelde verhalen 3,  1887-1888 van Anton Tsjechov, uit de Russische Bibliotheek van Van Oorschot. Tja, dat is een andere dimensie. Niet beter, of slechter, maar hoe zalig toch. Ik ga hier nu geen lange beschrijvingen typen, doch citeer slechts de website van Van Oorschot, helemaal raak getypeerd, verdere toelichting overbodig: 
In Moskou vestigde Tsjechov zich in 1884 als arts. Uit die tijd dateert zijn beroemde uitspraak dat de geneeskunde zijn wettige echtgenote en de literatuur zijn maitresse was. Hoe deze 'verhouding' in de jaren 1887-1888 omsloeg leze men in dit fascinerende derde deel van zijn verzamelde verhalen. In diezelfde periode nam zijn jaarproductie geleidelijk af maar werden zijn verhalen langer. Voor zijn verzameld werk, dat hij in 1899 samenstelde voor de uitgever Adolf Marx, selecteerde Tsjechov slechts 57 verhalen uit die periode. Daaronder de slechts acht verhalen die hij in 1888 schreef. Eén daarvan is het wanhopig mooie verhaal ‘De steppe’. Het springt boven alle andere verhalen uit, niet alleen omdat het met zijn bijna 100 bladzijden het langste is dat hij ooit schreef. ‘De steppe’ is Tsjechovs liefdesverklaring aan zijn land, het land dat hij zo graag bereisde (‘wie lange reizen maakt, kan veel verhalen’), en aan het leven zelf. In het verhaal wordt de zoon van een handelaar in een karavaan naar de grote stad gebracht, waar hij naar de middelbare school zal gaan. Het is hoogzomer en tijdens de lange reis slaapt hij ’s nachts bovenop een hooiwagen. Liggend op zijn rug luistert hij naar wat de ouderen elkaar vertellen en staart hij naar de sterbezaaide hemel. Dan laat Tsjechov de gesprekken verstommen, trekt alle registers open en brengt de steppe zelf tot leven... Een dan óók nog 'De naamdag', 'De kus', 'Kasjtanka', 'Zonder titel' en en... Ach het is zo mooi allemaal!

16 augustus 2008

Op zoek

Ik heb dan toch eindelijk de eerste stap gezet. Ik vond Indonesië eigenlijk wel een aardige plek om te beginnen aan de cyclus Op zoek naar de verloren tijd van Marcel Proust. En binnen een week had ik het eerste deel De kant van Swann uit. Voor een door-lezer als ik is 'Proust' wel even wennen. In zinnen van tien regels ontleedt hij gebeurtenissen, indrukken, emoties, oogopslagen, verzuchtingen enzovoort tot hun meest elementaire vorm. Maar ik kwam er vrij snel 'in', en dan gaat alles vanzelf. Mooiste voorbeeld van zo'n ontleding is het theelepeltje met wat thee waarin de ik-figuur daarvoor een madeleine had gedoopt, en waarvan het proeven van dat beetje thee hem als in een schok een herinnering bezorgt van vele jaren daarvoor. En dat ene minieme moment van die schok pluist Proust in twee bladzijden uit. Opvallend: in twee van de vijf boeken die ik hierna las werd dit madeleine-fragment aangehaald. Het zijn dergelijke fragmenten die dit boek meesterlijk maken. Maar er zijn ook stukken (vooral die waarin Proust de salons beschrijft) die ik wat minder toegankelijk vond. 
Ik ben nog geen mensen tegengekomen die Proust gelezen hebben en die (durven te) zeggen dat ze er niks aan vonden; je hoort louter verrukte uitspraken. Ik ben nog wat terughoudend. Ik werd door dit eerste deel nog niet helemaal gegrepen, maar zoals gezegd: de meesterlijke ontledingen van het kleine moment maken me toch zeer benieuwd naar de volgende delen. Ik heb de eerste stap gezet, de andere zes gaan zeker volgen. Bovendien is de wereld van Proust zo rijk en complex, dat ik deze in dit eerste deel zeker nog niet ten volle begrepen heb. Er is ontzettend veel geschreven over Proust, maar ik wil me vooraf niet laten leiden door wat anderen te verklaren hebben over wat ik nog ga lezen. Maar achteraf ben ik wel benieuwd naar wat zij erover te zeggen hebben. Dus eerst maar die andere zes delen. Verder op zoek!

11 augustus 2008

Wijnroman

Drie weekjes op vakantie (met rugzak door Indonesie) en toch weer een hele stapel boeken gelezen: zes in totaal, 2400 bladzijden. Enfin, hierna (hierboven) verschijnen de leeslogs ervan. In Het Merlot Mysterie van Ilja Gort was ik al voor vertrek begonnen; ik las de tweede helft aan het zwembad van het Borobudur-hotel in Jakarta. Jakarta is een drukke, lawaaiige stad maar grote kans dat mijn schaterlachen het verkeer heeft weten te overstemmen. Want dit boek is uitermate grappig. Het verhaal is dunnetjes, en spannend is het geenszins, maar de stijl van Gort zou je bijna uniek kunnen noemen. Waar het maar kan trekt Gort de bontste vergelijkingen, zo mogelijk voorzien van een overdaad aan bijvoeglijke naamwoorden. Tijdens een gesprek met belastingambtenaren laat de wijnboer een scheet ('biologische oorlogsvoering'): Ongelukkigerwijs bleek zijn flatule evenwel niet zo geurloos te zijn als hij had aangenomen. De kasteelkeuken vulde zich alras met een intense stank die het midden hield tussen een open riool en een opslagkelder voor overjarige camembert. Nog zo'n vergelijking, over een pergola van een enorme wijnstruik: Dikke trossen druiven hingen als vrouwenborsten uit het gebladerte neer. Het is bepaald geen subtiele literatuur, maar wel erg grappig bedacht en  geschreven. Niks mis mee!
Meer Leeslog in eerdere maanden - zie de 'archives' in de rechterkolom.